(Deze blog heb ik geschreven als inleiding van het boek Groen op hakken en is ook verschenen op Sestra.nl)
Behoorlijk groen vond ik mezelf. Ik gebruikte wasbare luiers, scheidde mijn afval in zeven afvalstromen, kocht veel tweedehands, gebruikte de droger alleen bij uitzondering, at veel biologisch en zeker twee keer in de week vegetarisch. Zeker drie stappen groener dan veel mensen om me heen. Die drie stappen wilde ik graag in een boek verwerken: veel mensen willen best wat duurzamer, maar weten niet zo goed hoe.
Aangezien ik wel enig zelfinzicht had, leek het me een goed idee om meerdere auteurs te betrekken bij dit project. Ik had immers niet alle wijsheid in pacht. Naargelang het proces vorderde en ik de kennis en ervaring van anderen onder ogen kreeg, ontstond bij mij toch een wat rode blos. Want er was toch best veel informatie nieuw en ik was lang zo groen niet als ik dacht…
Vol goede moed probeerde ik de auto vaker te laten staan. Alleen duurzame kleding te kopen. Geen impulsaankopen meer te doen. Geen avocado’s op het menu. Eerlijk gezegd voelde het alsof ik op een zwaar dieet werd gezet. Ik baalde als ik weer iets ‘onduurzaams’ had gedaan. Ik bekeek de minder groene mensen om me heen met argusogen: Je koopt toch niet elke maand nieuwe kleren? Stapt in de auto voor twee kilometer? Koopt plastic prulletjes? Et cetera.
Ik werd er op den duur wel een beetje moe van. Sprong toch in de auto als het regende. Kocht weer paprika’s in plastic. Een aantal maanden later – een boek schrijven met een heel team en ondertussen ook een baby krijgen, kost wat tijd – ben ik meer in balans.
Ik weet wat ik echt belangrijk vind, namelijk fairtrade en gezond, en leg daar mijn hoogste prioriteit. Ik bedenk dat ik heel wat documentaires over de ellende rondom katoen en fast fashion moest kijken, voordat ik alleen nog maar verantwoorde kleding kocht – en zelfs nu vergeet ik het weleens als ik nieuwe sokken koop. Dus ik mag wat milder zijn naar anderen. En naar mezelf.
Een zwaar dieet houdt bijna niemand vol, maar een nieuwe gezonde lifestyle kun je jezelf wel aanleren. Na een poosje voelen je nieuwe richtlijnen als normaal en niet meer als beperkend. Het draait daarbij om balans en af en toe iets ongezonds is dan niet zo’n probleem. Zo ervaar ik het ook met duurzaam leven.
Veel dingen die ik al lang doe, kosten me geen moeite. Nieuwe aanpassingen slijten langzaam in. Het een bijna geruisloos, zoals een blok zeep in plaats van een fles shampoo, andere met wat meer moeite: de tweede auto staat nog steeds voor de deur, terwijl ik hem niet écht nodig heb. En af en toe een iets minder duurzame keuze is niet zo’n probleem als je in de basis duurzaam leeft.
Afvallen doe je vaak vooral voor jezelf: je wordt gezonder en komt meer in balans. Duurzamer leven doe je ook voor jezelf, maar zeker ook voor de ander: de hele wereld wordt daarvan gezonder en komt meer in evenwicht. En omdat jij deel uitmaakt van die wereld, jij ook. Op sommige vlakken heel direct, op andere vlakken wat indirecter. En: als je snel wilt gaan, ga je alleen; als je ver wilt komen, ga je samen.
Laten we er geen wedstrijd van maken wie het duurzaamst bezig is, maar vooral elkaar inspireren om de wereld groener en eerlijker te maken. Uit liefde voor wie en wat God gemaakt heeft.